De Europese Unie, het UMC Groningen, de Rijksuniversiteit Groningen en andere partners trekken samen 7 miljoen euro uit voor onderzoek naar de oorzaken van glaucoom, en hoe deze oogaandoening beter en vroeger is op te sporen en te behandelen. En dat is hard nodig, want er worden nog steeds veel mensen slechtziend of zelfs blind door glaucoom. 25 promovendi, 15 in het UMCG en 10 in andere Europese onderzoeksinstituten, hopen daar verandering in te brengen.

Hersendruk
Het onderzoek naar de relatie tussen oogdruk en hersendruk hoort daar ook bij. In Oog 2016 – 1 stond hierover een interview met prof. dr. Nomdo Jansonius van de afdeling Oogheelkunde van het UMC Groningen.
“Er zijn mensen met een relatief lage oogdruk die symptomen hebben van glaucoom. Hoe vaak je de oogdruk ook meet, die blijkt dan steeds normaal of zelfs aan de lage kant te zijn. In dat geval is er sprake van lagedruk-glaucoom. Maar er zijn ook mensen die – soms al jaren – een verhoogde oogdruk hebben, en die helemáál geen glaucoom krijgen. Hun oog blijkt bestand te zijn tegen een hoge oogdruk. De kwaliteit van de oogzenuw lijkt hierbij ook bepalend te zijn; die kan bij de ene persoon sterker zijn dan bij de ander. Heb je van nature een zwakke oogzenuw, dan kan deze al bij een lage druk beschadigen. En heb je een sterke oogzenuw, dan hoef je zelfs bij een hoge oogdruk nog geen glaucoom te krijgen. Maar er speelt nog iets anders mee. Daarover gaat het onderzoek dat wij dit jaar in Groningen gaan starten.”
Nieuwe meetmethode
Dat vraagt om extra uitleg. Jansonius: “De oogzenuw verlaat op één bepaalde plek de oogbol. Op die plek drukt de oogdruk van binnenuit tegen de oogzenuw. Maar aan de buitenkant van diezelfde oogbol is er tegendruk: de hersendruk.
Nu is de gedachte dat het bij glaucoom niet alleen om de oogdruk binnenin de oogbol gaat, maar om de balans tussen de oogdruk binnenin de oogbol en de hersendruk buiten de oogbol. Is de druk aan de ene kant veel hoger dan aan de andere kant, dan kan de oogzenuw beschadigd raken.
Om de lagedruk-glaucoom en de gevallen van hoge oogdruk zonder glaucoom beter te kunnen begrijpen, willen we de hersendruk kunnen meten. Op welke manier we dit het best kunnen doen, gaan we nu onderzoeken.”
Meer weten?
Het volledige interview met prof. dr. Nomdo Jansonius kunt u lezen via Mijn Oogvereniging (alleen leden). Nog geen lid van de Oogvereniging? Meld u aan.
Lees ook het artikel op UMCGkennisinzicht over het gehele onderzoeksproject.