Bij de themagroep geleidehondengebruikers krijgen we veel vragen binnen over het aanvragen van een eerste of vervangende geleidehond. De aanvraag is een complex proces, zeker voor de eerste hond. Maar ook mensen die al jaren met een geleidehond werken, hebben soms vragen over het (opnieuw) kiezen van een geleidehondenschool of het intakegesprek voor de hond. Dit artikel behandelt alle aspecten die komen kijken bij het aanvragen van een eerste of vervangende geleidehond, inclusief een handig invulformulier om je goed voor te bereiden op het gesprek met de geleidehondenschool
Het artikel is ingedeeld in de volgende paragrafen:
- Wat kun je van een geleidehond verwachten (en wat ook niet)
- De aanvraag van een geleidehond: medische indicatie via Koninklijke Visio of Bartiméus
- Training met de Dogsim
- De keuze van een geleidehondenschool en de belangrijkste kenmerken van de vier scholen
- De intake bij de schoolen praktische indicatie
- Tips ter voorbereiding van het intakegesprek met de geleidehondenschool
Wat je van een geleidehond kunt verwachten (en wat ook niet)
Zoals je waarschijnlijk wel weet, is een geleidehond een mobiliteitshulpmiddel. De hond helpt je om veilig van A naar B te komen. Dit doet de hond door obstakels te omzeilen, alle stoepranden, trappen en dergelijke aan te geven en je hier veilig op en af te leiden en door praktische zaken in de openbare ruimte te zoeken, zoals deuren, zebrapaden, bushokjes en verkeerslichten, maar ook een vrije zitplaats in de trein of een lift. In tegenstelling tot het lopen met een taststok, waarbij je alle obstakels op je weg voelt en er daarna omheen gaat, loop je met een geleidehond veel soepeler. De hond ziet het obstakel al van grotere afstand, en zal je hier zo soepel mogelijk omheen leiden. Dit geldt ook voor andere personen op de stoep.
Wat een geleidehond niet kan, is uitkijken. Een hond heeft helaas geen verkeersinzicht. Wanneer hij je bij een zebrapad of verkeerslicht aan de stoeprand heeft gezet is het dus aan jou om te bepalen wanneer er geen verkeer aan komt, en het dus veilig is om over te steken. Een hond kan ook geen verkeerslichten begrijpen. Hij gaat dus niet lopen wanneer het groen is. Dit zal je zelf moeten inschatten op basis van de rateltikker of – wanneer deze ontbreekt – op basis van andere voetgangers of je gehoor.
Zoals eerder uitgelegd is een geleidehond een mobiliteitshulpmiddel. Dat betekent dat de hond in huis geen taak heeft, dan is hij ‘gewoon’ huisdier. Echter zijn er ook mensen met meerdere beperkingen. Er worden dus ook honden getraind die niet alleen geleidenwerk doen, maar ook taken in huis kunnen doen, bijvoorbeeld omdat de gebruiker in een rolstoel zit. Deze zogenaamde combihonden zijn echt een vak apart. Wil je meer informatie over de aanvraag van een (vervangende) combihond? Neem dan contact op met de scholen, zij kunnen je van persoonlijke informatie voorzien wat in jouw geval de beste opties zijn en wat er mogelijk is.
De aanvraag van een geleidehond: de medische indicatie via Koninklijke Visio of Bartiméus
Sta je op het punt om je (eerste) geleidehond aan te vragen? Dan zul je een medische indicatie, via Koninklijke Visio of Bartiméus, moeten aanvragen. Daarnaast is ook een praktische indicatie vanuit de geleidehondenschool van jouw keuze nodig. Voor een vervangende hond is een medische indicatie soms nodig, daarover verderop meer. Een praktische indicatie is dan wel altijd nodig via de geleidehondenschool van jouw keuze. Over de praktische indicatie volgt in de volgende paragraaf meer informatie.
Beide indicaties heb je nodig, maar het is geen verplichting om te starten bij een instelling; je mag je gerust eerst oriënteren op scholen, een aanmelding op school kan ook samen oplopen met een aanmelding bij een instelling, de aanvraag voor een praktische indicatie bij de school en de medische indicatie, kunnen naast elkaar lopen en in de ideale wereld zou het zo kunnen/moeten zijn dat de intake gezamenlijk gedaan wordt, al gebeurt dit nu in de praktijk niet.
Het intakegesprek voor de medische indicatie bevat in principe geen training, tenzij ze twijfelen of jij geschikt bent om met een hond te lopen. Er wordt bij de intake vastgesteld of een geleidehond het meest geschikte hulpmiddel voor jou is, passend bij de hulpvraag en medische situatie en of je leerbaar genoeg bent om routes te gaan lopen met de hond. Dan krijg je de indicatie, waarna de mobiliteitstrainer vanuit Visio of Bartimeus met jou een training met de DogSim gaat opstarten. Alleen als ze twijfel hebben kun je een aantal lessen krijgen voordat ze de indicatie willen afgeven.
Goed om te beseffen dat de instellingen echt kijken of de hond een toegevoegde waarde is voor iemand in zijn oriëntatie. Omdat een geleidehond veel duurder is dan een goede stok. Dit moeten ze ook verantwoorden naar de zorgverzekeraar. Denk hierbij aan of de hond van toegevoegde waarde is voor de gebruiker qua mobiliteit en bewegingsvrijheid. Ook moet de instelling aantonen dat jouw visus slecht genoeg is om baat te hebben bij een geleidehond. Heb je nog restvisus? Dan kijkt men, vaak met het lopen met de DogSim, of je op een geleidehond kunt vertrouwen, en niet ‘stiekem’ toch op je zicht gaat lopen. Als de indicatie is afgegeven, is deze minimaal 1, en maximaal 2 jaar geldig, zodat in de tussentijd de perfecte geleidehond kan worden gezocht door de geleidehondenschool.
Let op: heb je minimaal een jaar geen contact gehad met een instelling, dan zijn zij verplicht om jou als klant uit te schrijven, en dien je je weer opnieuw in te schrijven. Hierbij hoort ook het invullen van een medische vragenlijst en eventueel aanvullend (visueel) onderzoek indien er geen (recent) rapport van een oogarts beschikbaar is. Dit kan enige tijd in beslag nemen, houd hier dus rekening mee.
Bij de aanvraag van een vervangende hond is de praktijk nu heel verschillend. Soms moet je opnieuw een medische indicatie aanvragen, maar soms hoeft dit ook niet. Sommige scholen doen het standaard wel en andere standaard niet. De instellingen willen een nieuwe medische indicatie bij een vervangende geleidehond laten opstellen, en wij als themagroep zijn er voorstander van indien de omstandigheden veranderd zijn bij de cliënt, als de school twijfels ergens over heeft bij de intake voor een vervangende hond of na een bepaalde leeftijd vergelijkbaar met een rijbewijskeuring. Over dit onderwerp lees je meer in de artikelen over het conventant Oriëntatie en Mobiliteit, elders in deze editie van De Beugel.
Training met de DogSim
Nadat de medische indicatie is afgegeven, volgt er een training, bestaande uit een aantal lessen van een mobiliteitstrainer van de instelling, die jou de beginselen leert van het je oriënteren met een geleidehond. De mobiliteitstrainer komt naar je toe en zal samen met jou een stuk met stok gaan lopen, om te kijken hoe je oriëntatie is. Vervolgens wordt er met de Dog Sim, een soort metalen karretje met geleidehondenbeugel, geoefend. Met de Dog Sim leer je hoe je een geleidehond in grote lijnen kunt aansturen, en hoe je je oriënteert zonder taststok. Ook zal de mobiliteitstrainer samen met jou een aantal vaste routes gaan oefenen, zodat je alvast een goed beeld krijgt van het lopen met een geleidehond. Op basis hiervan bepaalt de mobiliteitstrainer hoe veel mobiliteitslessen je nodig hebt, om je voor te bereiden op de geleidehond.
Tijdens deze lessen zul je met de mobiliteitstrainer diverse routes gaan oefenen. Dit zullen vooral routes zijn waar jij veel gebruik van maakt. Ook ga je met de DogSim oefenen hoe je complexe verkeerssituaties handig aanpakt met de geleidehond. Een ander onderdeel van de training is het leren op het juiste moment een aantal basis commando’s te geven aan de geleidehond. Indien je al hebt besloten bij welke geleidehondenschool je je hond wilt aanvragen en de intake is geweest neemt de mobiliteitstrainer contact op met de school van jouw keuze, of er nog specifieke aandachtspunten zijn. Op die manier word je optimaal voorbereid op de komst van de geleidehond
De keuze van de geleidehondenschool
Naast de medische indicatie, heb je ook een praktische indicatie nodig. Deze wordt afgeven door de geleidehondenschool. Maar om die te bemachtigen, moet je eerst een geleidehondenschool uitkiezen. Over de praktische indicatie en intake door de school verderop meer. Daarom is het ook heel belangrijk om je te verdiepen in welke geleidehondenschool je wil kiezen. Het is van belang dat de geleidehondenschool goed bij je past; je zult gedurende de aanvraag en het werkzame leven van de hond samen door een deur moeten kunnen en je veilig en vertrouwd voelen met de geleidehondenschool. We hebben in het recente verleden al een artikel gemaakt over de vier geleidehondenscholen die in Nederland actief zijn, Hierin hebben we op hoofdlijnen de verschillen tussen deze scholen op papier gezet. Let wel: we adviseren je met klem om zelf contact op te nemen met de geleidehondenscholen om te kijken welke het beste bij je past. Hieronder staat het artikel over de verschillende scholen nogmaals, zodat dit artikel helemaal compleet is.
1. KNGF
Dit is de grootste en veruit de oudste geleidehondenschool van Nederland, gevestigd in Amstelveen. Zij werken met de volgende rassen: raszuivere labradors, golden retrievers en Duitse herders en kruisingen tussen deze 3 rassen. Bij KNGF was het gebruikelijk om de instructie voor de eerste hond intern (dus bij hen op het terrein) te doorlopen, maar ook thuisinstructies behoren tot de mogelijkheid indien dat een betere optie is voor de klant. Vanwege de reeds geldende Coronamaatregelen wordt er alleen thuis instructie gegeven, zowel voor de eerste als voor de vervangende hond. KNGF bestaat al ruim 85 jaar en is hiermee veruit de oudste school, ook leveren zij jaarlijks de meeste geleidehonden af. Het is een grote organisatie, en dat zie je ook terug in hun manier van werken. Zo heeft KNGF als enige school een klantcontactcentrum, met een paar medewerkers die de eerste vragen kunnen beantwoorden. Ook heeft KNGF een groot terrein met de hondenkennels, accommodatie voor klanten die de interne instructie volgen, en kantoorruimtes. KNGF leidt naast geleidehonden ook hulphonden op voor rolstoelgebruikers en mensen met PTSS. Naast de locatie in Amstelveen zijn er ook een aantal externe geleidehondentrainers die speciaal voor KNGF honden opleiden. Je kunt niet specifiek kiezen voor een hond van een externe trainer, maar het kan dus wel zijn dat jouw hond niet in Amstelveen wordt opgeleid, maar bij een externe trainer heeft verbleven.
2. Herman Jansen
de ‘grootste kleine school’. Bestaat sinds halverwege de jaren 90, en is gevestigd in Almere. Een echt familiebedrijf, met de geleidehondenschool aan huis. Hierdoor is het zeer kleinschalig en ken je als klant al snel alle medewerkers. Herman Jansen werkt qua rassen voornamelijk met kruisingen tussen de golden retrievers en poedels (goldendoodles), kruising Duitse herders en poedels, maar ook fokken ze af en toe een volle herder, labrador of poedel. Herman Jansen geeft de instructie altijd bij de klant thuis. Herman Jansen leidt echt alleen geleidehonden op voor onze doelgroep. Herman Jansen heeft aangegeven dat zij voor bestaande klanten wel openstaan bij een aanvullende hulpvraag bijvoorbeeld een rolstoeltraining of andere aanpassing.
3. Gaus Assistentiehonden
Gaus Assistentiehonden bestaat sinds de jaren 80 en wordt nu gerund door de zoon van Martin Gaus. Zij werken met een grote variatie rassen en kruisingen, maar vooral golden retrievers, labradors, labradors x goldens, poedels en poedels x goldens en poedels x labradors. Gaus Assistentiehonden werkt veel met de clickermethode, waarbij de hond beloond wordt door een klikje te geven. Ook zij instrueren de klanten thuis. Gaus assistentiehonden brengt de hond al enkele dagen voor de daadwerkelijke instructie start, om zo alvast te kunnen wennen aan elkaar. In dit ‘wenweekend’ wordt er niet met de hond gewerkt, maar dit is puur ter kennismaking en voorbereiding. Gaus Assistentiehonden leidt naast geleidehonden ook hulphonden op voor rolstoelgebruikers, en ook de combinatiehond (geleidehond aan de rolstoel) leiden zij op.
4. DCN Geleidehonden
De jongste school, bestaat nu zo’n 5 jaar. Zij werken qua rassen vooral met labradors, golden retrievers, labradors x goldens en ook hebben ze herders (zowel de Duitse herder als witte herder), en kruisingen daarmee. DCN geleidehonden heeft een andere werkwijze als het gaat om plaatsen van de hond dan de andere scholen. BIj DCN komt de hond eerst, voor de instructie, een weekend logeren. Vind je het daarna allebei nog leuk? Dan zet DCN de puntjes op de i en wordt de instructie ingepland. Tijdens het logeerweekend kun je langdurig met de hond kennismaken, er wordt niet met de hond gewerkt, maar je kunt dus wel kijken of de klik er echt is. Ook bij DCN geleidehonden wordt de instructie bij jou thuis gegeven. DCN leidt naast de ‘gewone’ geleidehond ook geleidehonden voor aan de rolstoel op. Deze honden vervullen dus geen ADL-taken.
Heb je – naast een visuele beperking – ook een motorische beperking waardoor de hond ook ADL-taken moet vervullen, dan kun je dus alleen terecht bij Gaus Assistentiehonden. Dit is de enige school die ook combihonden (geleidehond + ADL-hond) opleidt. Voor een rolstoelgeleidehond is DCN geleidehonden ook een optie.
Vanuit de themagroep geleidehondengebruikers adviseren we om alle 4 de scholen te benaderen en kennis met ze te maken, zodat je kunt ervaren welke school bij jou past. Vergeet niet hoe belangrijk dat is, met die mensen moet je toch 8 jaar door een deur kunnen. En daarnaast is het verstandig om te controleren of jouw zorgverzekeraar met de school van jouw keuze een contract heeft, zodat de hond ook wordt vergoed.
En nog een tip: Overweeg je een geleidehond? Vraag gerust na bij vrienden en bekenden hoe zij het lopen met de hond ervaren, en ga alvast goed nadenken hoe jouw leven er uit ziet, en wat je van een hond zou verwachten. Dat helpt enorm om je gedachten te ordenen en zo een school goed te kunnen vertellen wie jij bent en wat jij nodig hebt.
De aanvraag van je geleidehond: intake bij de geleidehondenschool en praktische indicatie
Wanneer je hebt besloten bij welke geleidehondenschool jij een hond wilt aanvragen, zal er een intake worden ingepland. Wanneer het een vervangende hond betreft, en je wil niet van school wisselen, zal dit vaak gecombineerd worden met de jaarlijkse nazorg voor de nog werkende hond. Na dit intakegesprek zal de geleidehondenschool een praktische indicatie opstellen, waaruit richting de zorgverzekeraar blijkt dat zij in jou een goede geleidehondengebruiker zien, waarbij de hond van meerwaarde is. Daarnaast toont deze indicatie aan dat jij in staat bent voor de geleidehond te zorgen.
Voor het intakegesprek zal er een geleidehondeninstructeur naar jou toe komen. De instructeur neemt dan ook vaak een DogSim, en soms een geleidehond in opleiding mee, zodat men kan zien hoe je met een hond loopt (denk aan looptempo, je oriëntatie en de manier waarop je de commando’s geeft). Bij de aanvraag van een vervangende hond zul je met je huidige hond of een DogSim een stukje gaan lopen om deze zaken te laten zien aan de instructeur. Naast het stukje lopen in de praktijk, zal het gesprek met name gaan over wie jij bent, wat je in het dagelijks leven doet, wat je van een hond verwacht, wat je in een hond zoekt, en waar jij je wel en niet prettig bij voelt. De instructeur zal veel vragen stellen, maar er is uiteraard ook ruimte om al je vragen over de geleidehond aan de instructeur te stellen.
De geleidehondenschool zal – net als de instelling – een vragenlijst met je doornemen over jouw wel en wee, en wat je met de geleidehond wil gaan doen. Dit doen zij om een zich een beeld te vormen van wie jij bent, wat het werkaanbod voor de hond is, of jij in staat bent goed voor de hond te
zorgen, en of je je echt realiseert wat een geleidehond inhoudt. Bij de aanvraag van de eerste hond krijg je vaak ook al een duidelijke uitleg van wat een geleidehond wel en niet voor je kan betekenen, en wat de werkwijze van desbetreffende geleidehondenschool is, bijvoorbeeld met betrekking tot het matchen van de hond, en dingen waar zij op letten om de perfecte match te maken. Voldoe je aan alle eisen? Dan geeft de school de praktische indicatie af. Zijn de medische en praktische indicatie in orde? Zijn de medische en praktische indicatie in orde? Dan ontvang je van de instelling de medische indicatie en in overleg met school kun je beslissen ze zelf naar de zorgverzekeraar te sturen of dit door de geleidehondenschool te laten doen.
Keurt de verzekeraar de aanvraag goed? Dan kan het wachten op jouw geleidehond beginnen…
Een goede voorbereiding is het halve werk: onze tips zorgen ervoor dat jij alles uit het intakegesprek haalt
Zoals hierboven al is benoemd, zal het intakegesprek bestaan uit een heleboel vragen over jou, je (dagelijkse) bezigheden en wat je verwacht van een geleidehond. Omdat een intake spannend kan zijn, is onze ervaring dat het vaak voorkomt dat je bepaalde zaken vergeet te vermelden of te vragen. Om ervoor te zorgen dat je optimaal voorbereid het gesprek in gaat, raden wij iedereen die ons hiernaar vraagt aan om zo veel mogelijk op te schrijven wat relevant kan zijn voor het werken met een geleidehond, of de aanvraag van een vervangende hond. Om dat zo makkelijk mogelijk te maken hebben we een format gemaakt, met daarin alle relevante zaken waar je aan moet denken. Je kunt dit format voor jezelf invullen voordat je het gesprek in gaat, maar het ingevulde format kun je natuurlijk ook tijdens of na de intake aan de instructeur geven of mailen, zodat zij alles ook nog eens kunnen nalezen.
Format voorbereiding intake (vervangende) geleidehond
Dit format kun je gebruiken voor (de voorbereiding op) het intakegesprek.
Praktische zaken:
- Naam aanvrager
- Betreft het een vervangebde gekeudegibd>d:
a. Indien ja: de reden van vervanging: - Wat is je looptempomet dogsim of hondL
- Wat is je looptempo met taststok
- Hoe goed is je oriënterend vermogen
- Heb je nog restvisus.6. Heb je nog restvisus:
a. Zo ja: beschrijf deze: - Heb je, naast een visuele beperking, nog andere beperkingen ofmedische klachten die van invloed kunnenzijn op het lopen met een geleidehond?
- Wat is je woonsituatie (alleen/samen/gezin):
- Omschrijf de locatie waar je woont (dorp, stadse omgeving, dichtbij of ver van uitlaatgebieden, druk of rustig etc)
- Welke bezigheden heb je buitenshuis, hoe vaak ga je hier per week naartoe en doe je dat lopend of gebruik je daarvoor het openbaar vervoer of een taxi?a. (vrijwilligers)werk
b. school of studie
c. boodschappen doen
d. Naar een vrijetijdsbesteding (sportvereniging, hobbyclub etc)
e. Naar vrienden of familie in de buurt (op loopafstand)
f. Naar vienden of familie verder weg
g. Naar een restaurant / café:
h. …
i. …
j. …
Beschrijf de vaste routes die je vaak aflegt. Denk hierbij aan de manier waarop je naar je werk reist. Hoe ziet de route er uit, welke vervoermiddelen gebruik je, is deze druk of rustig en dergelijke. Benoem in dit stuk per vaste route die je regelmatig gebruikt (je kunt daarvoor bovenstaand lijstje langs lopen) de volgende punten:
1. Hoe vaak reis je deze route per week
2. Hoe lang duurt het totaal van deur tot deur
3. Welke stappen onderneem je en welke vervoermiddelen gebruik je (voorbeeld: 5 minuten lopen, 15 minuten met de bus, 5 minuten lopen)
4. Hoe zien de stukken die je loopt er uit (zijn dit drukke routes, of juist rustig? Kom je veel moeilijke punten tegen qua navigatie? Zijn de stoepen smal of breed? Is er veel afleiding van andere honden of mensen en dergelijke)
5. Zijn er nog andere bijzonderheden?
Wensen aan een nieuwe hond
Benoem wat je fijn vindt aan een hond. Wanneer het niet je eerste hond is, zal dat makkelijker zijn dan bij een eerste aanvraag. Maar ook dan: probeer na te denken over eigenschappen die je graag terugziet in een hond, en waarom. Ook het waarom is hierbij heel belangrijk, omdat dat ook iets zegt over hoe jij in elkaar zit en hoe je tegen dingen aan kijkt. Voor dit onderdeel hebben we weinig voorbeelden en invulpunten opgenomen, omdat dit zeer persoonlijk is. Hieronder staan een aantal zaken waar je aan kunt denken, maar deze zijn indicatief. Schrijf hier vooral je eigen verhaal!
· Wil je per se een bepaald ras of kleur of heb je geen voorkeur (en waarom?)
· Wil je een reu of teef, of heb je geen voorkeur (en waarom?)
· Wat vind je belangrijk in het karakter van een hond?
· Wat vind je leuk aan honden?
· Wat vind je minder leuk aan honden?
· Wil je een actieve of juist een rustige hond?
· En ga zo nog maar even door!
Format voorbereiding intake (vervangende) geleidehond
Dit format kun je gebruiken voor (de voorbereiding op) het intakegesprek.
Praktische zake1
11. Naam aanvrager:
12. Betreft het een vervangende geleidehond:a. Indien ja: de reden van vervanging:
13. Wat is je looptempo met Dog Sim of hond:
14. Wat is je looptempo met taststok:
15. Hoe goed is je oriënterend vermogen:
16. Heb je nog restvisus
a. Zo ja: beschrijf deze:
17. Wat is je woonsituatie (alleen/samen/gezin):
18. Omschrijf de locatie waar je woont (dorp, stadse omgeving, dichtbij of ver van uitlaatgebieden, druk of rustig et cetera):
19. Welke bezigheden heb je buitenshuis, hoe vaak ga je hier per week naartoe en doe je dat lopend of gebruik je daarvoor het openbaar vervoer of een taxi?
a. (vrijwilligers)werk:
b. School of studie:
c. Boodschappen doen: d. Naar een vrijetijdsbesteding (sportvereniging, hobbyclub et cetera):
e. Naar vrienden of familie in de buurt (op loopafstand):
f. Naar vrienden of familie verder weg:
g. Naar een restaurant / café:
h. …
i. …
j. …
Beschrijf de vaste routes die je vaak aflegt. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de route naar je werk; hoe ziet de route er uit? Welke vervoermiddelen gebruik je? Is deze druk of rustig? Et cetera. Benoem in dit stuk per vaste route de volgende punten:
6. Hoe vaak reis je deze route per week?
7. Hoe lang duurt de totale reis van deur tot deur?
8. Welke stappen onderneem je en welke vervoermiddelen gebruik je (voorbeeld: 5 minuten lopen, 15 minuten met de bus, 5 minuten lopen)?
9. Hoe zien de stukken die je loopt eruit (zijn dit drukke routes, of juist rustig? Kom je veel moeilijke punten tegen qua navigatie? Zijn de stoepen smal of breed? Is er veel afleiding van andere honden of mensen en dergelijke)
10. Zijn er nog andere bijzonderheden?
Wensen een nieuwe hond
Benoem wat je fijn vindt aan een hond. Wanneer het niet je eerste hond is, zal dat makkelijker zijn dan bij een eerste aanvraag. Maar ook dan: probeer na te denken over eigenschappen die je graag terugziet in een hond en waarom. Ook het waarom is hierbij heel belangrijk, omdat dat ook iets zegt over hoe jij in elkaar zit en hoe je tegen dingen aan kijkt. Voor dit onderdeel hebben we weinig voorbeelden en invulpunten opgenomen, omdat dit zeer persoonlijk is. Hieronder staan een aantal zaken waar je aan kunt denken, maar deze zijn indicatief. Schrijf hier vooral je eigen verhaal!
· Wil je per se een bepaald ras of kleur (en waarom?)?
· Wil je een reu of teef (en waarom?)?
· Wat vind je belangrijk in het karakter van een hond?
· Wat vind je leuk aan honden?
· Wat vind je minder leuk aan honden?
· Wil je een actieve of juist een rustige hond?
Door Carolien Danckaerts en Yvonne Wiersma