Vaak duurt het lang voor u voor een eerste afspraak bij de oogarts terecht kunt. De regel is dat een patiënt voor een eerste afspraak binnen vier weken bij een polikliniek terecht kan. Maar bij oogheelkunde duurt het vaak langer, tenzij er sprake is van spoed. Bij spoed krijgt een patiënt op de polikliniek oogheelkunde altijd voorrang.
Op deze pagina leest u meer over de oorzaken van de lange wachttijden en wat de Oogvereniging om de wachttijden te verkorten. Er zijn ook dingen die u zelf kunt doen als u te maken hebt met lange wachttijden, daarover leest u meer in dit artikel.
Oorzaken
Van alle specialismen in het ziekenhuis heeft oogheelkunde gemiddeld de langste wachttijd. De lange wachttijd heeft een aantal oorzaken. Ouderen hebben vaak te maken met oogproblemen. Met de vergrijzing neemt de vraag naar oogzorg naar verwachting de komende jaren sterk toe. Tussen 1946 en 1973 zijn er in Nederland relatief veel mensen geboren. Deze mensen bereiken nu een leeftijd waarop oogaandoeningen veel voorkomen.
Daarnaast worden oogproblemen eerder opgespoord en zijn er meer behandelmogelijkheden voor bepaalde oogaandoeningen. Dat zijn goede ontwikkelingen, maar tegelijk hebben oogartsen het hierdoor ook drukker.
Treeknormen
Zorgaanbieders en zorgverzekeraars hebben afspraken gemaakt over maximaal aanvaardbare wachttijden in de zorg. Deze wachttijden worden Treeknormen genoemd. Voor de wachttijd voor een eerste consult geldt een Treeknorm van 4 weken. Landelijk gezien liggen de wachttijden in de oogheelkunde in 2019 drie tot zelfs vier weken boven de Treeknorm van 4 weken.
Wat doet de Oogvereniging?
De Oogvereniging houdt de wachttijden scherp in de gaten. We spannen ons in om de toegang tot de oogzorg te verbeteren door initiatieven te nemen gericht op (re)organisatie van de oogzorgketen.
Elk kwartaal publiceren we:
- De landelijke gemiddelde wachttijd
- De gemiddelde wachttijd per provincie
- De top-3 van oogpoli’s bij ziekenhuizen en klinieken met de langste wachttijden
We hopen dat het publiceren van deze cijfers een extra stimulans is om te werken aan het verkorten van de wachttijden.
Taakherschikking, grotere rol optometristen
De Oogvereniging vindt het belangrijk dat er overal in Nederland goede, veilige en tijdige oogzorg wordt geboden. Dit staat onder druk door de toenemende patiëntenstroom met als gevolg te lange wachttijden bij de polikliniek oogheelkunde of patiëntenstops.
De Oogvereniging luidde in 2017 namens de oogpatiëntenorganisaties al de noodklok. We pleiten voor oplossingen die kunnen bijdragen aan het opvangen van de toenemende patiëntenstroom en de druk verminderen op de oogzorg in het ziekenhuis.
Ons streven is dat mensen met oogproblemen:
- Kunnen vertrouwen op goede, veilige en tijdige oogzorg
- De juiste zorg op de juiste plek krijgen
Wij pleiten voor een (re)organisatie van de oogzorg. Dit houdt onder andere in:
- Het verschuiven van minder complexe zorg van de oogarts naar de optometrist
- De optometrist als schakel tussen huisarts en oogarts
- Afspraken maken over goede en veilige oogzorg door optometristen
- Meer ruimte voor de oogarts voor complexe oogzorg
In 2019 zijn we over de randvoorwaarden in gesprek met Zorgverzekeraars Nederland samen met het NOG en OVN, de beroepsverenigingen van oogartsen en optometristen. Een jaar eerder slaagden we erin samen met de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) (oog)zorgpartijen bijeen te brengen. Afgesproken is de rol van de optometrist als schakel tussen huisarts en oogarts verder uit te werken.
De (re)organisatie van de oogzorgketen
In meerdere regio’s wordt momenteel ervaring opgedaan met een andere organisatie van de oogzorg – het leveren van de juiste zorg op de juiste plek. Er worden taken van de oogarts of huisarts verschoven naar een optometrist die werkt buiten het ziekenhuis of kliniek. Belangrijke voorbeelden zijn de pilots in Twente en Rijnmond.
In Twente zijn afspraken gemaakt tussen een groep huisartsen, oogartsen en optometristen. Door de gerichte inzet van optometristen hoefde bijna 80% (!) van de patiënten niet door naar oogarts/ziekenhuis. Het gaat dan om mensen met minder-complexe oogklachten die geen oogartsenzorg nodig hebben.
Het Oogziekenhuis Rotterdam werkt samen met optiekzaken om oogzorg dichterbij huis aan te bieden. Een deel van de mensen met glaucoom die normaliter voor de periodieke controle naar het ziekenhuis komt, wordt voortaan onderzocht in een van de optiekzaken uit de regio Rijnmond waar het ziekenhuis mee samenwerkt.
Voordelen zijn dat mensen voor hun controle minder ver hoeven te reizen. Ook ontstaat er op deze manier meer ruimte in het ziekenhuis voor patiënten die complexere zorg nodig hebben.