In de afgelopen Raakvlak, nr.5 heb je kunnen lezen dat er mogelijkheden zijn om te musiceren als je slechthorend/slechtziend bent. Dit keer is aan Joke en Theo gevraagd naar hun ervaringen in het muziek (leren) spelen/maken als je blind en slechthorend bent. In Raakvlak 1, 2017 komt een artikel Muziekspektakel drie. Dan gaan we kijken wat muziek voor mensen die totaal doof/slechtziend zijn kan betekenen.”
Interview met Joke en Theo (Muziekspektakel 2)
Hieronder staat een interview getiteld Muziekspektakel 2 uit Raak over de ervaringen van Joke en Theo als je slechthorend/slechtziend bent.
“Joke, ik las in Raakvlak 3 van 2015 dat jij, net 11 jaar, door een hersenvliesontsteking getroffen bent en daar blind uitgekomen. Je bent naar het Koninklijk Blindeninstituut geweest daar heb je muziek leren spelen?”
“Op mijn 12e jaar kreeg ik mijn opleiding in Huizen. Het was toen het Koninklijk Instituut tot Onderwijs van Blinden. Wij noemden het: het stuut in Bussum, omdat het dichterbij Bussum was dan bij Huizen.
“Op welk instrument heb je leren spelen?”
“We kregen op school muziekles. Eén van de schoolvakken was klassiek pianoles. Dit heb ik ruim 6 jaar gevolgd”
“Hoe werd je dat aangeleerd?”
“Ik was amper een jaar blind dus mijn muziek zou in het brailleschrift moeten zijn.
Als je het brailleschrift een beetje kent dan weet je dat het per letter maar uit zes punten kan bestaan.
Binnen die zes punten kan men eindeloos variëren.
Men zou denken dat al die zes punten de letter (f) zou zijn. Dat is de zesde letter van het alfabet.
Nee, het wordt wat het braille muziekschrift betreft nog veel ingewikkelder.
De muzieknoot (c) bijvoorbeeld schrijf je niet als een brailleletter (c), de puntjes 1 en 4 naast elkaar. Het zijn dan de puntjes 2, 5 en 6 van de muzieknoot, maar dat is de brailleletter (d) die is gezakt.
Kun je het nog volgen? Ik kan het me goed voorstellen als dat niet zo is.”
“Ik heb inderdaad de beginselen van braille geleerd maar dat waren echt de beginselen en dat vond ik al lastig, als ik jouw verhaal dan hoor over braillemuziek… duizelt het me helemaal.
Speel je nog meer instrumenten?
“Ik leerde het braillemuziekschrift van een blinde muziekleraar. De muziekgeschiedenis leerde ik van een andere blinde muziekleraar. Beiden leraren Kühlman en Kempe gaven erg goed les. Van de laatstgenoemde leraar kreeg ik ook gitaarles. Dit was niet verplicht,
maar ik deed het graag. Daar heb ik ook van genoten en veel bij gezongen samen met mijn vriendin. Dit op gehoor dat toen nog goed te doen was. Later op de muziekschool in Valkenswaard heb ik mijn eerste pianodiploma in ontvangst mogen nemen. In het meidenkoor van het ‘stuut’ heb ik ook meegezongen en daar is een EP-tje (mini-LP met 6 nummers) van opgenomen. Dit waren liedjes van Sweet Sixteen en ook Engelse liederen. Te veel om op te noemen.”
“Je bent slechthorend geworden, speel je nu nog muziek, hoe red je je daarmee?”
Door mijn reumahanden kan ik geen plezier meer hebben bij het spelen van instrumenten.
Wel speel ik kinderliedjes op mijn keyboard voor mijn kleinkinderen. Ook nu ik slechthorend ben. Daar genieten we samen erg van.
Theo, ik las in jouw redactioneel Raakvlak 5, 2016 dat je je eigen accordeonpartij in je Ierse koor maakt, dat wekte mijn nieuwsgierigheid op. Vertel eens, je bent blind vanaf je geboorte en je bent op latere leeftijd slechthorend geworden. Wanneer ben je begonnen met muziek maken?”
“Als jongetje woonde ik extern, vlak bij het blindeninstituut in Huizen. Mijn ouders hoopten dat ik iets met muziek zou gaan doen. Mijn vader kon aan een harmonium komen, een traporgel waarmee o.a. Johannes de Heer in de streng gereformeerde kerk voor de NCRV de psalmen zong. Die psalmen zijn er bij mijn nooit van gekomen. Mijn vader repareerde de blaasbalg met een oude gummi Amerikaanse regenjas en toen kwam er geluid uit. Ik heb orgelles gehad van meneer Lugtmijer. Die woonde ook in Bussum en was even blind als ik. Mijn zelfdiscipline was nog niet zo heel erg ontwikkeld dus mijn huiswerk deed ik best wel vaak wat…, laat ik zeggen aan de late kant; of gewoon niet!
Meneer Lugtmijer bezat braille muziekschrift boeken en leerde me de grondbeginselen van het braille muziekschrift.
“Maar hoe kun je dan orgel spelen én braille lezen?”
“Natuurlijk kan dat niet tegelijk. Als pianist en orgelspeler moet je dus hand voor hand leren en keurig alles uit je hoofd kennen.
Op het instituut was het heel gebruikelijk dat je in de klas muziek onderwezen zou krijgen. Meneer Kempe onderwees ons en richtte in mijn tijd een schoolkoor op en een wat heette een Orff orkest. Carl Orff was een Duitse componist en volgens mij muziek pedagoog die een aantal instrumenten had ontwikkeld voor kinderen. Klokkenspellen, trommels, klankstaven.
Verder wist meneer Kempe een soort van jazz band uit de grond te stampen waarbij ik een jaar trombone heb gespeeld. Dat deden we gewoon op het gehoor.
Er bestond verder een Balkan-kwintet wat een plaatje heeft gemaakt, daaraan had ik geen deel. Maar tijdens de muzieklessen heeft de man ons wel de liefde voor Balkan muziek weten bij te brengen, snelle exotische maten, gekke melodieën, hee en wat hoor ik daar nu, dat lijkt wel Turks…en Kempe: “nou niet zo gek want deze muziek komt van vlakbij de Turkse grens en tja, muziek trekt zich niks aan van grenzen.” Natuurlijk vond ik muziekles, koor en orkest (als dwarse opstandige puber) niet leuk… Nu ben ik er toch wel blij mee. En dat harmonium… is ooit weggeroest in een kelder want in de studentenwoning paste dat ding niet. Ik hoorde het instrument nog wel eens terug bij een Oost Duitse Zanger, Wolf Biermann die het als een soort protest instrument gebruikte om met stem en orgel, het systeem aan te klagen, hee dacht ik toen; ik was niet de enige die jazz speelde op die, zoals dat inde gereformeerde kringen werd genoemd cirkelzaag des geloofs.
“Waarom heb je nu dan voor de accordeon gekozen?”
“Waarom niet? Ik dacht tijdens mijn studie: ha, ik ga zo’n ding opzoeken, heb al een beetje orgel leren spelen. Maar ja een orgel is nog geen accordeon.
Toen ik er eentje op de kop kon tikken bij een uitdragerij in Tiel dacht ik, vooruit maar. En zo heb ik het mijzelf geleerd. Ik weet hoe dingen moeten klinken, maar heb natuurlijk nooit de officiële accordeon technieken geleerd. Maar het klinkt door de akkoorden die je aanslaat al heel aardig en je kunt er lekker veel herrie mee maken en allerlei stijlen eruit krijgen. Ook heb ik het ding nog wel eens bij demonstraties gebruikt tegen bijvoorbeeld de WVG (Wet Voorziening Gehandicapten) en andere regeringskronkels. En ook hier klonk vaak bij dit instrument de Balkan muziek in mijn oren en de Ierse folk en Russische verhalen in muziek…”
“Hoe leer jij muziekstukken aan om samen met anderen te spelen?”
“Bij mijn Ierse koor zing ik, zo’n beetje tenor en speel accordeon. Ik krijg eerst samen met het koor een avondje zang partij instuderen die onze arrangeur heeft uitgeschreven en op een midi bestand heeft ingespeeld. Het staat op de site van Doolin.nl, mijnkoor en je kunt dan je eigen partij aanklikken om andere instrumenten, gitaar, viool. En toevallig deze week hebben we als groep tenoren samen geoefend. Die andere kunnen voor een deel wel noten lezen.
“Maak je nog meer muziek? Instrumentaal?”
“Ik heb hier nog een keyboard staan waar ik voor mijzelf af en toe op speel. Dat ding zorgt er voor dat ik ineens piano, gitaar of drum speel. Je kunt er allerlei verschillende klanken uithalen.”
“Je hebt verteld dat je vroeger een absoluut gehoor had, dat is dus nu vanwege je slechthorendheid een stuk minder? Hoe red jij je dan met muziek maken in de groep?”
“Het gaat nog wel een beetje, ik weet natuurlijk waar de noten zitten op mijn accordeon, maar als ik soms verkouden ben is het ineens toch een stuk moeilijker en hoor ik de lage tonen een stuk minder. Zeker met spelen denk ik dan af en toe wat ben ik nou aan het doen.
“Als jij je eigen accordeonpartij speelt worden jouw koorleden dan niet gek van je? Klopt het samen spelen en zingen dan wel?”
“Ik heb wel zoveel verstand van harmonieën dat ik wel weet wat kan en wat echt niet in de Ierse folk muziek. Maar zeker in het begin dacht ik dat ik mijn koor vooruit moest helpen door hard en enthousiast de melodie te gaan mee spelen. Op een avond hadden we een optreden gehad en vroeg ik de arrangeur: heb jij nog tips voor me? En hij: wil je dat echt weten, nou goed… Vervolgens heeft hij mij een kwartier lang heel minzaam de les gelezen over mijn spel in het koor. “Doe minder, vul vooral de mooie stukken op die je kunt opvullen, melodie is helemaal niet nodig. Less is more…” maar zo af en toe zegt een zanger dichtbij me: “zeg, kan dat ding ook zachtjes misschien…”
“Tenslotte, heb je ook ideeën over hoe het muziek spelen toegankelijker wordt ook al heb je een beperking in het horen en zien?”
“Dat is lastig. Eerst en vooral; hoortoestellen en je eigen oren kunnen het geluid soms aardig vervormen. Ik hoop echt dat als het niet meer klinkt wat ik doe, dat ik dat, of zelf in de gaten heb of, dat anderen echt zeggen dat dit niet meer kan.
Ik heb jaren geleden al gehoord dat men partijen via een keyboard inspeelde en je kunt zo langzamerhand via allerlei programma’s akkoorden leren.
Braille muziekschrift blijft iets wat taai is, maar wel handig voor sommige toepassingen.
Kortom; volgens mij kan er heel veel en moet iedereen zijn eigenweg daarin zoeken. Er is onder andere een soort van (lotgenotencontact) via een site waar leerlingen en leraren elkaar zouden kunnen vinden. Bert van den Brink heeft daar zich nog al druk om gemaakt. Maar veel initiatieven sterven een stille dood.”
Tenslotte, wijze woorden van Joke: “Mijn levensmotto is steeds geweest: Probeer het en als het niet lukt, heb je het toch geprobeerd.”
(Bron: Raakvlak 6, 2016 Oogvereniging – DoofBlinden door: Helma Pascaud met medewerking van Theo Hendrikse en Joke Franken)