Tekst grootte

Samen leven met een oogaandoening: Els Smit (1945)

Interview
Nieuws
Geplaatst op: 29 mei 2019

Door: Marijke Osinga

“Ik zat er niet mee dat Cees slecht zag toen ik hem leerde kennen. Slechtziendheid zei me gewoon niet zoveel. Ik weet nog wel dat Cees me een keer meenam naar de blindenbibliotheek. Toen schrok ik van al die mensen met taststokken.

Het ging me om de persoon. Ik was al wat ouder en had meerdere vriendjes gehad. Cees was voor mij de man met wie ik verder wilde.

Mijn ouders maakten zich wel zorgen over de naderende blindheid van Cees.

Bij de aankoop van meubels bij ons trouwen hield ik rekening met zijn slechtziendheid. In onze flat stonden een gele kast en een groen bankstel. Er hingen rode gordijnen in de kamer. Die kleuren kon Cees toen nog het beste onderscheiden.”

“Hij zet altijd de koffie bij ons”

Ik zit tegenover Els Smit, de vrouw van Cees Smit. De blindengeleidehond van Cees, Lenno, komt naar me toe. Het dier duwt bij wijze van begroeting zijn neus onder mijn hand.

Cees heeft net koffie voor ons gezet. “Zie je nu, dat doet Cees. Hij zet altijd de koffie bij ons. Hij stofzuigt ook het huis. Hij wil zo graag iets voor mij doen. Eens heeft hij mij gevraagd waar ik mijn kleding koop. Toen ik hem dat had uitgelegd, is hij zelf naar het dorp gegaan. Op mijn verjaardag kreeg ik een cadeaubon van die winkel, zodat ik er zelf iets leuks voor kon kopen. Vroeger toen hij nog kon zien, zocht hij kleding en oorbellen voor me uit. Daar deed hij veel moeite voor.”

Roestplekken

Trots klinkt door in de stem van Els. “Ik moet hem wel eens afremmen.” zegt ze dan. “Als ik zeg dat ik de schutting wil verven, is hij al met schuurpapier in de weer. Zo zouden we een keer op vakantie gaan. Onze dochter was toen net zes weken oud. We hadden een Imperial gekocht die nog op het dak van de auto bevestigd moest worden. `Dat doe ik wel even`, zei Cees en schroefde de Imperial aan de bestuurdersdeur vast, zodat deze niet meer open kon.

Ook kwam hij een keer, toen wij nog in een flat woonden, de kamer van ons appartement binnen en zei: `ik heb de auto gewassen, maar wist jij dat hij zo vol roestplekken zit?` Ik keek vanaf het balkon naar beneden en zei: `Cees, je hebt de auto van de buren gewassen.` Die had toevallig dezelfde kleur als onze auto. Cees was zo teleurgesteld, dat hij de emmer, die hij gebruikt had voor de wasbeurt, over het balkon naar beneden wilde gooien. Ik kon hem nog net tegenhouden.”

Diploma

Cees heeft choroideremie, een erfelijke oogaandoening. “Mijn kinderen hebben zich hier nooit druk om gemaakt. Onze dochter heeft eens gezegd dat het allemaal wel meevalt met papa omdat hij nooit klaagt. Maar Cees denkt daar heel anders over. Een enkele keer, als het toevallig zo ter sprake komt, zegt Cees dat blind zijn hem zwaar valt,”

Toen Els hem leerde kennen, had Cees een baan als telefonist. Hij studeerde in de avonduren HBO arbeidsmarktpolitiek/personeelsbeleid.

“Ik sprak de studieboeken, die niet in een voor Cees passende leesvorm beschikbaar waren, op cassettebandjes in. Daarna volgden het inspreken van de aantekeningen en uittreksels die hij toen nog met viltstift op papier maakte. Ik typte ook al zijn werkstukken en scripties. Op de dag dat Cees zijn diploma kreeg uitgereikt, was zijn begeleider van mening dat ik eigenlijk ook een diploma had moeten hebben.”

Samen naar de Paralympics

Cees speelde goalbal. Ook onze kinderen en ik hebben wel eens aan die sport meegedaan. Hij werd benoemd tot penningmeester van de International Blind Sports Federation (de IBSA). Cees deed het meeste werk. Ik deed de administratie en bracht de dollars, die voor de IBSA binnenkwamen, naar de bank.

Voor de IBSA zijn we samen naar de Paralympics in Barcelona, Atlanta en Sydney geweest. Ook vele andere landen hebben we bezocht. Ik kan me herinneren dat we eens een reis naar Egypte hadden waarbij we een paar keer moesten overstappen. Op onze bestemming aangekomen zag ik onze koffer niet op de band staan. `Die moet er zijn’, zei Cees. Hij kon het gewoon niet geloven en was boos. Uiteindelijk werd de koffer de volgende nacht in onze hotelkamer afgeleverd.”

Een voorbij denderende trein

Cees heeft in de afgelopen jaren vier boeken geschreven. Het eerste boek speelde zich af in een hospice. Álle royalty’s van dit boek ter waarde van € 40.000,- kwamen ten goede aan circa 80 hospices. Cees heeft heel wat boekpresentaties gehouden. Daarvoor reisde hij het hele land door. Els zegt: “Ik heb daar niets voor hoeven doen. Ik hoorde hem regelmatig boven razendsnel tikken. Het geluid leek op een voorbij denderende trein.”

Als Cees even bij ons aanschuift, zegt hij: “Het laatste boek heb ik samen met Binh Tay Nguyen, een Vietnamese vluchtelinge geschreven. Het is haar biografie. Na allerlei omzwervingen heeft zij met haar gezin in Nederland haar thuis gevonden. Het is echt een prachtig boek geworden.”

Het stijgen van de jaren

Bij een volgende kop koffie zegt Els: “Nu ik ouder word, vind ik het soms wel zwaar worden. Ik zou niet graag meer willen vliegen. De drukte op de vliegvelden… Ik ben wel verantwoordelijk. Ook rijd ik niet graag in het donker. Om bij te blijven met computers heb ik een paar cursussen gevolgd. Je moet toch een beetje op de hoogte blijven. Als we nu een aanbod krijgen voor een nieuwe dierverzekering voor de geleidehond, zoek ik de links uit waar de voorwaarden staan vermeld. Ik voel me verantwoordelijk en die verantwoording valt me met het stijgen van de jaren soms toch wel zwaar.”

Verder lezen

In het juninummer van OOG (verschijningsdatum: 7 juni) leest u een interview met Cees Smit en Binh Tay Nguyen over hoe hun boek tot stand kwam. Wilt u OOG ook ontvangen? Meld u aan als lid.

Over Marijke Osinga

Marijke Osinga is jurist. Daarnaast schrijft ze verhalen en houdt ze interviews. Dit laatste doet ze omdat ze graag iets wil doen aan de beeldvorming van mensen met een beperking. Zelf is ze slechtziend en linkszijdig spastisch. Ze heeft een zoon van 16 met wie ze samen in een appartement woont. Bij de Oogvereniging maakt ze deel uit van de ledenraad.